Les 192 – Ik heb een functie die God me graag vervullen ziet.

Je bent uit liefde ontstaan – en door vergeving herinner je dat.
Laat je oordeel los, en zie: de ander is net als jij. In hem herken je jezelf, en daarmee je bevrijding.

Je bent geschapen uit liefde, en nog steeds zoals liefde jou bedoelde: zuiver, heel en verbonden met de Bron. Die Bron, waar de Cursus naar verwijst als God, is geen persoon of macht buiten jou, maar het diepste van wat je bent. Puur Zijn. Grondeloze liefde, zonder oordeel. Een bron van eenheid, vrede en licht, die jou nooit verlaten heeft.

Maar in deze wereld, waar afscheiding en angst zo echt lijken, vergeten we wie we zijn. We ervaren conflict, verwijt, schaamte, verlies en dus hebben we hier een functie die dat vergeten helpt herstellen: vergeving.
Vergeving in de Cursus is geen daad van ‘grootmoedigheid’. Het is een heldere verschuiving in denken: het besef dat wat jou leek aan te vallen, niet werkelijk jou raakte. Dat achter ieders gedrag eenzelfde onveranderlijke kern ligt, net als bij jou. Door te vergeven zie je daar weer doorheen, voorbij het verhaal, naar de waarheid.

Jij hoeft de wereld niet te redden. Je hoeft haar alleen niet langer vast te houden in jouw oordeel. Want zolang jij iemand veroordeelt, houd je jezelf gevangen in hetzelfde denken. De tralies waarmee jij een ander opsluit, zijn ook jouw gevangenis. En dus is elke ontmoeting, elk conflict, elke steek van irritatie eigenlijk een kans: om te kiezen voor bevrijding.
God vraagt niets van je, behalve dat je terugkeert naar wie je werkelijk bent. Door te vergeven, keer je terug in lijn met de Liefde die jou gemaakt heeft. Dan ervaar je jezelf weer als een met alles en dat brengt rust, helderheid en zachtheid die je vanzelf doorgeeft.