Deze les nodigt ons uit tot totale eerlijkheid. Niet de woorden zijn van belang, maar de intentie waarmee we ze uitspreken. ‘Ik verlang de vrede van God’ is geen poëtisch zinnetje, geen wens voor een rustiger leven of een manier om ongemak te verzachten. Het is een keuze voor waarheid, boven alle vormen van illusie.
Als je dit werkelijk meent, dan geef je elk compromis op. Je legt de droom neer waarin je denkt dat er iets anders is dat jou gelukkig kan maken. Je stopt met het zoeken naar tijdelijke troost, nieuwe vormen van veiligheid, geheime verlangens of plannen die jou iets zouden moeten brengen. Want dan zie je: ál die dingen zijn vormen van dezelfde droom. Alleen de inhoud verschilt van gedaante, de leegte blijft.
Werkelijke vrede is niet iets dat je bedenkt of maakt. Ze komt als vanzelf wanneer je er echt om vraagt – en alleen dáárvoor vraagt. Dan worden al je eerdere pogingen zichtbaar als wat ze zijn: een zoektocht naar iets wat je al in je bezit had, maar waar je je aandacht van had afgewend.
De vrede van God vraagt niet om opoffering. Ze vraagt je alleen om eerlijk te kijken: waar houd je je nog vast aan vormen van verlangen, die je heimelijk belangrijker vindt dan innerlijke rust? De oefening van vandaag is een uitnodiging om dit in alle openheid te onderzoeken. Niet met oordeel, maar met bereidheid om alles onder ogen te zien.
Want zodra jouw intentie oprecht is – zodra je werkelijk besluit dat vrede is wat je wilt – komt ook het antwoord. Puur doordat je de illusie niet langer voedt. Vrede is er altijd geweest, ze is je gegeven door wat je werkelijk bent. En nu sta je jezelf toe die vrede ook te ontvangen.
Deze les herinnert ons eraan dat we de vrede van God niet alleen voor onszelf vragen. Want vrede laat zich niet vasthouden, ze wordt juist tastbaar in het delen. Elke keer dat jij kiest voor vrede, kies je voor verbondenheid – met elk hart dat verlangt, elke geest die zoekt, elke ziel die haar thuis herinnert. Dan stem jij je intentie af op de diepste roep in ieder mens, of die nu herkend wordt of niet.
Met die intentie – helder, eerlijk en open – vraag je niet langer om nog een droom. Je vraagt om werkelijkheid. En je herkent dat die jou toebehoort.